Wetswijzigingen voor zzp'ers per 1 januari 2023

Per 1 januari 2023 heb je te maken met nieuwe wetten en regels. Zo is de zelfstandigenaftrek fors lager en is de opbouw van de fiscale oudedagsreserve gestopt. Daarnaast maakt de regering het makkelijker voor ouders met jonge kinderen om te blijven werken. Daarom hangt in 2023 de hoogte van de toeslag voor kinderopvang hangt niet meer af van het aantal gewerkte uren. Dit zijn de belangrijkste wetswijzigingen voor zzp’ers.

Klopt je registratie nog?

Je bedrijf ontwikkelt zich. Check in het Handelsregister of je gegevens nog kloppen. Zo voorkom je problemen.

Check je gegevens
  1.  Afschermen bezoekadres Handelsregister
  2. Korting mag niet misleidend zijn
  3. Zelfstandigenaftrek omlaag
  4. Kinderopvangtoeslag hangt niet meer af van gewerkte uren
  5. Opbouw fiscale oudedagsreserve is gestopt
  6. Wet excessief lenen bij eigen vennootschap
  7. Opgave uitbetalingen aan derden is veranderd
  8. Verhoging onbelaste reiskostenvergoeding
  9. Aanpassing in gebruikelijkloonregeling
  10. Vennootschapsbelasting omhoog
  11. Invoering APK-roetfiltertest bij dieselauto’s
  12. Oudedagverplichting omzetten naar lijfrente versoepeld
  13. Nieuwe wetten april t/m juli 2023

1. Afschermen bezoekadres Handelsregister (15 december 2022)

Het is mogelijk om je bezoekadres in het Handelsregister af te schermen als er sprake is van een (mogelijke) dreiging voor jezelf of een medebewoner. Vooruitlopend op de nieuwe wet- en regelgeving kun je het bezoekadres van je eenmanszaak laten afschermen. Bekijk wanneer afscherming mogelijk is.

2. Korting mag niet misleidend zijn (1 januari 2023)

Misleidende ‘van-voor’-prijzen zijn per 1 januari 2023 verboden. De nieuwe regels bepalen dat de oorspronkelijke prijs waar de korting van af gaat (de ‘van-prijs’), de laagste prijs moet zijn die de verkoper 30 dagen voorafgaand aan de aanbieding heeft gevoerd. Deze regel kent drie uitzonderingen:

  1. Progressief lager maken van de prijs (acties met een steeds stijgende korting).
  2. Producten die minder dan 30 dagen op de markt zijn (introductiekorting).
  3. Producten die snel bederven (met een 'te gebruiken tot'-datum).

3. Zelfstandigenaftrek omlaag (1 januari 2023)

Werk je minimaal 1.225 uur per jaar in je onderneming? Dan kom je in aanmerking voor de zelfstandigenaftrek. In 2023 bedraagt de zelfstandigenaftrek 5.030 euro. Deze aftrek is met 1.280 euro naar beneden gegaan. Je betaalt dus meer belasting. De regering bouwt de zelfstandigenaftrek de komende jaren stapsgewijs verder af tot 900 euro in 2027.
Met de rekentool Inkomstenbelasting zie je wat de wijzigingen in jouw situatie betekenen.

4. Kinderopvangtoeslag hangt niet meer af van gewerkte uren (1 januari 2023)

Maak je gebruik van kinderopvangtoeslag? Per 1 januari 2023 bepaalt het aantal maanden waarin de minst werkende ouder heeft gewerkt voortaan de hoogte van de kinderopvangtoeslag. Tot 1 januari hing de toeslag voor de kinderopvang af van het aantal gewerkte uren.

5. Opbouw fiscale oudedagsreserve is gestopt (1 januari 2023)

Per 2023 kun je de fiscale oudedagsreserve (FOR) niet meer opbouwen. Zo’n 300.000 ondernemers hebben tot 2023 een FOR op de balans staan. Deze eerder opgebouwde FOR-reserves blijven staan en mogen volgens de oude regels worden afgewikkeld. Door het gebruik van de FOR hoefde je over een deel van je winst geen belasting te betalen. De FOR geeft je belastinguitstel. Met de gereserveerde bedragen kun je bijvoorbeeld een lijfrente aankopen die uitkeert als je met pensioen gaat. Belastingheffing vindt dan plaats over de uitgekeerde lijfrentetermijnen. Stop je met ondernemen en heb je nog een FOR op de balans staan? Dan moet je belasting betalen over het FOR-bedrag. Er zijn alternatieven voor pensioenopbouw.

6. Wet excessief lenen bij eigen vennootschap (1 januari 2023)

De ‘Wet excessief lenen bij eigen vennootschap’ ontmoedigt belastinguitstel door directeur-grootaandeelhouders (dga’s). Als dga heb je tot eind 31 december 2023 om je voor te bereiden en schulden aan de eigen vennootschap die hoger zijn dan 700.000 euro (exclusief eigenwoningschuld) eventueel af te lossen. Leen je meer? Dan betaal je daar 26,9% inkomstenbelasting over (tarief in 2022).

7. Opgave uitbetalingen aan derden is veranderd (1 januari 2023)

Betaal jij personen die geen ondernemer zijn weleens voor werkzaamheden of diensten? Bijvoorbeeld voor kleine klusjes. Je moet de gegevens over Uitbetaalde Bedragen aan Derden (UBD) op een nieuwe manier aanleveren bij de Belastingdienst.

8. Verhoging onbelaste reiskostenvergoeding (1 januari 2023)

Per 2023 is de onbelaste kilometervergoeding 21 cent. Als ondernemer mag je dit bedrag van de winst aftrekken voor zakelijke ritten met je privé auto, motor of fiets. Per 2024 stijgt de onbelaste kilometervergoeding verder naar 22 cent.
Een auto van de zaak of privé? Wat is voor jou interessant? Lees er meer over en reken jouw voordeel uit.

9. Aanpassing in gebruikelijkloonregeling (1 januari 2023)

Heb je een eigen bv en werk je als directeur in deze bv? Dan ben je een directeur-grootaandeelhouder (dga). Voor het werk in je eigen bv moet je jezelf een salaris betalen. Dit is een verplichting vanuit de loonbelasting en heet de gebruikelijkloonregeling. Hoe bepaal je het gebruikelijk loon in 2023? Het is minimaal het hoogste bedrag van één van deze drie bedragen:

10. Vennootschapsbelasting omhoog (1 januari 2023)

Door twee veranderingen betaal je in 2023 meer vennootschapsbelasting.

Schijfgrens vennootschapsbelasting omlaag

Per 1 januari 2023 is de schijfgrens omlaag gegaan van 395.000 naar 200.000 euro. Al je winst tot 200.000 valt in schijf 1. Is je winst groter? Dan valt het gedeelte van de winst dat boven 200.000 euro uitkomt in schijf 2. Het belastingtarief in schijf 2 ligt hoger dan in schijf 1. Door de verlaging van de schijfgrens valt je winst sneller in schijf 2 en betaal je meer belasting.

Hoger tarief vennootschapsbelasting

Het tarief voor vennootschapsbelasting in de eerste schijf is omhoog gegaan van 15 naar 19%. Dit betekent dat je in schijf 1 meer belasting betaalt, namelijk 19% over 200.000 euro. Is je winst groter? Dan valt het gedeelte dat boven 200.000 euro uitkomt in schijf 2. Over dit gedeelte betaal je 25,8% belasting. Dit tarief is hetzelfde als in 2022.

 

11. Invoering APK-roetfiltertest bij dieselauto’s (1 januari 2023)

Keur je dieselauto's en -busjes voor de APK? Dan moet je per 1 januari 2023 een roetfiltertest uitvoeren met een speciale deeltjesteller. Met een deeltjesteller controleer je of een roetfilter in een voertuig zit. Met deze test stel je vast of het voertuig aan de nieuwe eisen voor de deeltjesaantallen voldoet.

12. Oudedagverplichting omzetten naar lijfrente versoepeld (1 januari 2023)

Heb je pensioen opgebouwd in je bv met een oudedagsverplichting (ODV)? Je kunt per 1 januari 2023 ook na vijf jaar na de AOW-gerechtigde leeftijd de ODV omzetten naar een lijfrente, lijfrenterekening of lijfrentebeleggingsrecht. Bijvoorbeeld omdat je je bv wilt opheffen.
Deze maatregel geldt met terugwerkende kracht. Bereikte je na 1 april 2017 de AOW-leeftijd + vijf jaar? Dan mag je alsnog de opgebouwde ODV omzetten.

 

13. Nieuwe wetten april t/m juli 2023

Dit zijn de belangrijkste nieuwe wetten en wetswijzigingen tot en met 1 juli 2023.

1. Invoering erkenningsplicht gastoestellen (1 april 2023)

Werk je met gasverbrandingsinstallaties, zoals cv-ketels, gashaarden en geisers? Of met buizen voor luchttoevoer en rookgasafvoer? Vanaf 1 april 2023 heb je een erkenning nodig om deze installaties te plaatsen, onderhouden of repareren. Heb je geen geldig CO-certificaat? Dan mag je deze werkzaamheden niet meer doen en ben je in overtreding wanneer je dat wel doet. Deze wettelijke verplichting moet ongelukken met koolmonoxide voorkomen.

2. Met Omgevingswet meer snelheid in ruimtelijk project (1 januari 2024)

De Omgevingswet moet het makkelijker maken om een ruimtelijk project in een keer aan alle regels te toetsen. 26 bestaande wetten voor ruimte, wonen, infrastructuur, milieu, natuur en water (Omgevingsrecht) komen straks samen in één Omgevingswet. Dit betekent onder andere snellere en goedkopere besluitvorming en vereenvoudiging van regels. Op het moment dat de Omgevingswet in werking treedt, moet elke gemeente zijn aangesloten op het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO).
De inwerkingtreding van deze wet is uitgesteld naar 1 januari 2024. Deze ingangsdatum van deze wetswijziging is nog niet definitief.*

3. Maatregelen om kwaliteit in de bouw te verbeteren (1 januari 2024)

Er komen maatregelen om de kwaliteit in de bouw te verbeteren en de positie van de particuliere en zakelijke consument te beschermen. Zo ben je als bouwer straks verplicht een onafhankelijke en gecertificeerde kwaliteitscontroleur in te schakelen. Ook verandert de aansprakelijkheid bij verborgen gebreken: als bouwer blijf je ook na oplevering aansprakelijk voor gebreken die een klant na het moment van de oplevering ontdekt. Tenzij deze gebreken niet aan jou zijn toe te rekenen. De Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) gaat naar verwachting in op 1 januari 2024.
De ingangsdatum van deze wetswijziging is nog niet definitief.*

4. Veiligheidscoördinator verplicht bij bouw en sloopwerkzaamheden (1 januari 2024)

Werk je in de bouw? Bij bouw- en sloopwerkzaamheden moet een Veiligheidscoördinator Directe Omgeving zijn aangesteld. Deze zorgt voor de veiligheid en gezondheid van iedereen in de directe omgeving van de bouw- en sloopwerkzaamheden. Het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) gaat tegelijk in met de Omgevingswet.
De inwerkingtreding van deze wet is uitgesteld naar 1 januari 2024. De ingangsdatum van deze wetswijziging is nog niet definitief.*

 

Zo komt een wet tot stand

Soms wordt een wet of wetswijziging aangekondigd, maar blijkt later dat deze niet doorgaat of dat de ingangsdatum verschuift. Waarom gaat een aangekondigde wet soms wel en soms niet door?

In grote lijnen verloopt het proces van wetgeving als volgt. Ministeries en de Tweede Kamer bereiden wetten voor. Na goedkeuring door de Tweede kamer gaat de wet naar de Eerste Kamer. De Eerste Kamer mag het wetsvoorstel alleen aannemen of verwerpen. Als het wetsvoorstel ook in de Eerste Kamer is aangenomen, publiceert de regering de nieuwe wet in het Staatsblad.

Het tijdstip waarop een wet ingaat, kan in de wet zelf staan. Ook kan in de wet staan dat de overheid dit tijdstip later vaststelt in een Koninklijk Besluit (KB). Het KB komt in het Staatsblad te staan.

Omdat het wetgevingstraject uit veel stappen bestaat, kan het lang duren voordat een wet echt ingaat. Ook wisselingen van Tweede Kamerleden of Eerste Kamerleden kunnen van invloed zijn op de voortgang. Als het kabinet demissionair is, handelt het alleen lopende zaken af en neemt het geen grote besluiten.

Op Ondernemersplein.nl vind je alle nieuwe wetten en wetswijzigingen die voor ondernemers belangrijk zijn. Bij de wetswijziging staat ook de ingangsdatum van de wet en of de wet definitief is.

Ondernemersplein is een initiatief van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) en het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK).

Veranderende wetten en regels voor ondernemers

* Inwerkingtreding van deze (wets)wijziging is afhankelijk van goedkeuring door de Tweede en Eerste Kamer of afkondiging van de Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) of ministeriële regeling én publicatie in het Staatsblad of de Staatscourant.