Bepaal de levensvatbaarheid van je bedrijf

Heb je grote financiële tegenslag of duren je financiële problemen lang? Dan komt er een moment waarop je wilt weten of je bedrijf nog wel levensvatbaar is. Maar wat betekent een levensvatbaar bedrijf? Hoe kom je erachter of jouw bedrijf tegenslag kan overleven? Hieronder lees je welke zaken de financiële gezondheid van je bedrijf bepalen.

Wat is een levensvatbaar bedrijf?

Een levensvatbaar bedrijf is een bedrijf dat met de bedrijfsvoering voor langere tijd winstgevend is. Ook kan het bedrijf aan de financiële en organisatorische verplichtingen voldoen. 

Inzicht krijgen

Inzicht in de levensvatbaarheid van je bedrijf geeft jezelf, leveranciers en financiers een goed beeld van de gezondheid van je bedrijf. Want als je meer weet over wat de gezondheid van je onderneming bepaalt en hoe je rentabiliteit is, kun je ook betere beslissingen nemen over vervolgstappen.

Vervolgstappen zijn bijvoorbeeld je kosten verlagen, je verdienmodel aanpassen of financiering zoeken. Als het niet anders kan, betekent het soms ook stoppen met ondernemen. Een financier laat het verstrekken van financiering afhangen van de factoren die de levensvatbaarheid bepalen. Bijvoorbeeld de rentabiliteit. Je hebt daarom een betere startpositie voor een lening bij je financier als je weet hoe je ervoor staat. Financiële adviseurs zoals een boekhouder of accountant kunnen daarbij helpen.

Toekomstcheck

Voor meer financieel inzicht en om te weten hoe je bedrijf ervoor staat, kun je de Toekomstcheck gebruiken. De check geeft je inzicht in de liquiditeit van je bedrijf. En wat het vooruitzicht is voor de komende twaalf maanden. Ook krijg je te zien hoe je bedrijf bestand is tegen verschillende toekomstscenario's.

Levensvatbaarheid van je bedrijf bepalen

Financiële kengetallen berekenen

De levensvatbaarheid van je onderneming bepaal je allereerst aan de hand van financiële kengetallen. Je kijkt naar cijfers over rentabiliteit, vermogen, liquiditeit, cashflow en privé-inkomen. Met je cijfers kun je ratio’s of berekeningen maken waaruit je de levensvatbaarheid kunt halen. De cijfers haal je uit je winst- en verliesrekening en balans, die samen de jaarrekening vormen. Bij niet-financiële factoren gaat het over de ondernemer zelf, de onderneming en omgevingsfactoren.

Rentabiliteit

Als je de rentabiliteit berekent, weet je of je onderneming winstgevend is. In je berekening vergelijk je de winst met het gemiddeld totaal geïnvesteerd vermogen (eigen vermogen + vreemd vermogen). Je berekent het gemiddeld vermogen door het vermogen op 1 januari op te tellen bij het vermogen op 31 december en door 2 te delen.

Bij een eenmanszaak, vennootschap onder firma (vof) of maatschap is een deel van de winst bestemd als arbeidsbeloning, de ondernemersvergoeding voor de ondernemer. In het rekenvoorbeeld is de richtlijn hiervoor 30.000 euro.

Rentabiliteit berekenen

  1. Neem de nettowinst + betaalde rente. Trek daar de ondernemersvergoeding van af.
  2. Deel de uitkomst door het gemiddeld totaal geïnvesteerd vermogen.
  3. Vermenigvuldig de uitkomst daarvan met 100%. De uitkomst is de rentabiliteit.

In een rekenformule is dat: (nettowinst + betaalde rente - ondernemersvergoeding) / (gemiddeld totaal geïnvesteerd vermogen) x 100% = rentabiliteit

Rekenvoorbeeld rentabiliteit eenmanszaak: ((40.000 + 2500 - 30.000) / 50.000) x 100% = 25%

Rentabiliteit berekenen bij een bv

Bij een besloten vennootschap (bv) is de arbeid van de ondernemers al beloond via salaris of managementvergoeding.

  1. Neem de nettowinst en tel daar de betaalde rente en de belasting over winst bij op.
  2. Deel dit door het totaal vermogen.
  3. Vermenigvuldig de uitkomst daarvan met 100%. De uitkomst is de rentabiliteit.

In een rekenformule is dat: ((nettowinst + betaalde rente + belasting over winst) / totaal vermogen) x 100% = rentabiliteit

Rekenvoorbeeld bv: ((50.000 + 25.000 + 45.000) / 500.000) x 100% = 24%

Een rentabiliteit op het totale vermogen tussen de 5 en 10% vinden financiers acceptabel. De hogere cijfers in de rekenvoorbeelden betekenen dat de ondernemingen bovengemiddeld winstgevend zijn.

Tabel: Voorbeeldbalans

Activa (bezittingen)Bedrag in euroPassiva (financiering)Bedrag in euro
Vaste activa (1 jaar) Eigen vermogen 
Vastgoed100.000Eigen vermogen55.000
Bedrijfsmiddelen25.000  
 
Vlottende activa (< 1 jaar) Lang vreemd vermogen 
Voorraad25.000Hypotheek80.000
Debiteuren10.000Kort vreemd vermogen 
Liquide middelen10.000Crediteuren10.000
  Rekening-courantkrediet25.000
Totaal Activa170.000Totaal Passiva170.000

Solvabiliteit

De verhouding tussen eigen vermogen en het totale vermogen heet solvabiliteit. Deze verhouding is een aanwijzing of je onderneming op lange termijn aan zijn betalingsverplichtingen kan voldoen. Financiers vinden dat een solvabiliteitspercentage tussen de 25 en 40 moet liggen. De norm voor solvabiliteit verschilt per branche, per soort bedrijf en per financier. Hier vind je tips om je solvabiliteit te verbeteren.

Solvabiliteit berekenen

Je deelt je eigen vermogen door het totale vermogen. De uitkomst vermenigvuldig je met 100%. De uitkomst is de solvabiliteit.

In een rekenformule is dat: (eigen vermogen / totale vermogen) x 100% = solvabiliteit

Rekenvoorbeeld (met cijfers uit de voorbeeldbalans): (55.000 / 170.000) x 100% = 32%

Liquiditeit

Liquiditeit geeft aan of je op korte termijn je rekeningen kunt betalen. De liquiditeit van je onderneming beoordeel je met je current ratio, quick ratio en netto werkkapitaal. De cijfers in de berekeningen komen uit de voorbeeldbalans.

Current ratio berekenen

Dit kengetal geeft aan of je jouw (kortlopende) schulden uit de vlottende activa kunt betalen. De waarde moet minimaal 1 zijn. Voor gezonde ondernemingen ligt dit getal tussen de 1,2 en 1,5.

Berekening current ratio

  1. Tel de vlottende activa (inclusief debiteuren) op bij de liquide middelen.
  2. Deel de uitkomst door het kort vreemd vermogen (de rekening-courantkrediet en de crediteuren).
  3. De uitkomst hiervan is de current ratio.

In een rekenformule is dat: vlottende activa + liquide middelen / kort vreemd vermogen = current ratio

Gespecificeerd: (voorraad + debiteuren + liquide middelen) / (rekening-courantkrediet + crediteuren) = current ratio

Rekenvoorbeeld: (25.000 + 10.000 + 10.000) / (25.000 + 10.000) = 1,29

Quick ratio berekenen

De quick radtio geeft aan of je jouw (kortlopende) schulden uit de vlottende activa kunt betalen. Het verschil met de current ratio is dat je bij deze berekening de voorraden niet meerekent. Een positieve waarde voor je quick ratio is minimaal 1.

Berekening quick ratio

  1. Tel de debiteuren bij de liquide middelen op.
  2. Tel het rekening-courantkrediet en de crediteuren bij elkaar op.
  3. Deel de uitkomst van 1 door die van stap 2.
  4. De uitkomst van de deling is de quick ratio.

In een rekenformule is dat: (debiteuren + liquide middelen) / (rekening-courantkrediet + crediteuren) = quick ratio

Rekenvoorbeeld: (10.000 + 10.000) / (25.000 + 10.000) = 0,57

Nettowerkkapitaal

Met het geld uit het nettowerkkapitaal kun je rekeningen betalen. Het geld is om dagelijks mee te werken in je bedrijf en heet daarom werkkapitaal. Het nettowerkkapitaal is het verschil tussen de vlottende activa en het kort vreemd vermogen op de balans van een onderneming. Het nettowerkkapitaal is positief als de vlottende activa groter zijn dan het vreemd vermogen op de korte termijn.

Berekening nettowerkkapitaal

vlottende activa + liquide middelen - kort vreemd vermogen = nettowerkkapitaal

Gespecificeerd: (voorraad+debiteuren+liquide middelen) - (rekening-courantkrediet+ crediteuren) = nettowerkkapitaal

Rekenvoorbeeld: (25.000 + 10.000 + 10.000) - (25.000 + 10.000) = 10.000

Cashflow

De cashflow of kasstroom is het verschil tussen ontvangsten en uitgaven gedurende een periode. Dit is een indicatie voor het cash genererende vermogen van je bedrijf. Zijn de ontvangsten groter dan de uitgaven? Dan heb je een positieve kasstroom. Geef je meer uit dan er binnenkomt? Dan is je kasstroom negatief. Je hebt dan aanvullende financiering nodig of moet kosten gaan besparen.

Rekenvoorbeeld: Een ondernemer ontvangt in een kwartaal 30.000 euro aan omzet en geeft 20.000 euro uit aan inkoop en kosten. De cashflow is dan 30.000 - 20.000 = 10.000 en positief.

Privé-inkomen

Je bedrijf moet voldoende inkomen opleveren. Banken houden als richtlijn een minimumgrens aan van 30.000 euro. Voor een vennootschap onder firma (vof) is dit per vennoot. Voor een man-vrouw firma is het 45.000 euro samen. Voor een bv geldt een gebruikelijk loon van minimaal 56.000 euro in 2024. Een lager inkomen kan voor jezelf voldoende zijn. Je moet dan een financier overtuigen dat je met dat (tijdelijke) lagere inkomen aan je privéverplichtingen kunt voldoen. Een privébegroting maken helpt hierbij.

Ondernemer en omgeving 

Hoe jij onderneemt en leiding geeft aan je bedrijf, heeft invloed op hoe levensvatbaar je bedrijf is. Dat geldt ook voor omgevingsfactoren.

Ondernemerschap

Kijk eens kritisch naar jezelf en naar de manier waarop je onderneming is georganiseerd. Doe dat ook met de ogen van een financier. Die kijkt naast de cijfers ook naar jou als ondernemer en naar jouw bedrijf. Financiers zijn geïnteresseerd in jouw toekomstvisie en jouw strategie. Ook willen ze meer weten over je ervaring, opleiding, branchekennis, netwerk en samenwerkingsverbanden. Zij kijken ook naar de rechtsvorm, de activiteiten, het managementinformatiesysteem en de Kritische Prestatie Indicatoren (KPI’s).

Omgevingsfactoren

Omgevingsfactoren zijn ontwikkelingen die buiten je bedrijf liggen en die je niet zelf kunt bepalen. Ze kunnen kansen bieden zoals nieuwe technologie, maar ook bedreigingen zoals gedwongen sluiting door overheidsmaatregelen. Op de meeste heb je weinig invloed, maar je kunt er wel rekening mee houden. Bedenk of laat in je plannen zien hoe je met je bedrijf op omgevingsfactoren reageert.Bijvoorbeeld:

  • demografische factoren zoals leeftijd, groei en omvang van de bevolking
  • ecologische factoren zoals klimaat en energie
  • sociaal-culturele factoren, innovatie en trends zoals digitalisering
  • economische factoren zoals conjunctuur en koopkracht
  • politiek-juridische factoren, bijvoorbeeld wetgeving en mate van ingrijpen in de economie

Conclusie

Als je alle aparte onderdelen uitdenkt, uitrekent en in een plan bij elkaar zet, kun je de levensvatbaarheid van je bedrijf inschatten. Scoor je op de vijf financiële onderdelen positief? Dan ziet de levensvatbaarheid er in de basis goed uit.

Ook bij de niet-financiële factoren moet er voldoende perspectief zijn. Houd er rekening mee dat een financier meestal strenger naar de meespelende factoren kijkt dan een ondernemer. En elke financier gebruikt eigen getallen en percentages om de waarde van een onderdeel te wegen.

Verwacht je door vervolgstappen en acties in de toekomst een hogere score? Blijf dan ondernemen zoals je nu doet. Verwacht je onvoldoende verbetering? Gebruik een KVK Stappenplan om te zien wat je opties zijn.

Zwaar weer stappenplannen

Gaat het financieel minder en wil je weer grip krijgen op je zaak? Of twijfel je over doorgaan of stoppen? KVK heeft stappenplannen die je op weg helpen:

Hulp bij financiering

Hulp vergroot je kansen op financiering. Met de juiste adviseur en een goede financiële onderbouwing krijg je vaker en sneller een positief antwoord op je financieringsaanvraag. Deze adviseurs helpen je op weg. Kies met het stroomschema financiering van te voren een financieringsvorm zodat je bij een passende financier aanklopt.